Artikelen
gedicht van Saskia uit 2005
Credo
Ik ben volkomen veilig,
thuis in mezelf, welkom,
want ik neem de volle verantwoordelijkheid
voor mijn leven.
Ik geef mezelf alles wat ik nodig heb.
Ik ben uit het drama gestapt
van mijn – nu bewust geworden –
negatieve overtuigingen:
Iedereen wil mij kwetsen
of reageert afwijzend en kritisch.
Maar op het moment dat ik
het spiegelgevecht aanga
en de oorzaak buiten mezelf zoek,
creëer ik mijn eigen gevangenis.
Ik kan observeren, glimlachen en kiezen.
Hierdoor herstel ik het contact met mezelf,
mijn mateloze bewondering
voor de Goddelijke perfectie van Al Wat Is.
Er is oneindig veel liefdevolle hulp om mij heen
ik voel me gedragen.
Ik ben een bron van liefde die overstroomt
en iedereen wil laten meegenieten
van mijn overvloed!
Citaat uit Vrede vinden in jezelf
Je onbewuste houdingen onderzoeken
In iedereen leeft het verlangen naar een innerlijke weg van zelfonderzoek en zuivering. Het leven ondersteunt dit verlangen door de spirituele wet van oorzaak en gevolg, die innerlijke conflicten in uiterlijke problemen manifesteert. Met behulp van die problemen reikt het leven ons liefdevol de mogelijkheid aan ons van onbewust vervormde houdingen, waarmee we van de spirituele wetten afwijken, bewust te worden. Wanneer we deze onbewust vervormde houdingen ontdekken, dan willen we ze met dwang veranderen, maar wilskracht alleen is onvoldoende om deze innerlijke automatische reflexen te transformeren. Hoe hard we ook proberen, het lijkt onmogelijk bepaalde wijzigingen te bewerkstelligen. We zijn onbekend met de feiten die voor dit onvermogen verantwoordelijk zijn. We hebben de neiging ontmoedigd te raken en krijgen het gevoel dat onze zoektocht zinloos is. En dàt is een ernstige vergissing.
Het vraagt namelijk veel geduld, nederigheid en wijsheid om een onbewust ingesleten houding, die op diepgewortelde onbewuste emoties gebaseerd is, te veranderen. Dat lukt alleen als we over die houding nadenken, de emoties onderzoeken en zorgvuldig een oordeel vormen. Wanneer we dit proces doorlopen, dan ontstaat er mogelijk een nieuw inzicht en een andere opvatting, waardoor we voor een nieuwe houding kiezen. Of we handhaven de oude houding omdat deze achteraf toch de juiste blijkt te zijn.
7.1. Objectieve houding
Een objectieve houding kenmerkt zich door op een onbevooroordeelde en onbevangen manier waar te nemen. Objectief en in waarheid observeren, is de essentie van in harmonie zijn. Die realistische houding om op een gezonde ontspannen manier afstand van onszelf te nemen, geeft ons grote innerlijke vrijheid, zelfvertrouwen, liefde en kracht. Hoe beter we onszelf objectief observeren, des te zuiver zijn we in staat om andere mensen en situaties objectief waar te nemen.
We kunnen onmogelijk van onszelf verlangen, dat we in een korte periode helemaal objectief worden en de werkelijkheid waarnemen. De eerste stap in dit langdurige proces is bewust te worden dat we, door emotionele betrokkenheid, subjectief zijn. Het getuigt al van objectiviteit ons te realiseren dàt we niet objectief zijn. Daarbij vereist het moed om objectief waar te nemen, om de waarheid van anderen en van onszelf onder ogen te zien. Van anderen en onszelf houden ondanks zichtbare tekortkomingen is ware volwassen liefde, want liefde is altijd objectief.
citaat
7.2. Subjectieve houding
Een subjectieve houding is gebaseerd op onwaarheid en wordt door vooringenomenheid en partijdigheid gekenmerkt. Als gevolg van de sterke en dwingende behoefte om beelden (zie hoofdstuk 6.1.) en illusies in stand te houden, zijn we subjectief. Subjectiviteit is egocentrisch en ontstaat uit onvolwassen mentale en emotionele aspecten, omdat we in alles onze zin willen krijgen en gelijk willen hebben. Maar liefde en egocentriciteit kunnen niet naast elkaar bestaan.
Met een subjectieve houding hebben we onbewust een irreëel beeld van situaties, mensen en onszelf. We zien niet de werkelijkheid, we zien niet het totaalbeeld van mensen en we ervaren situaties gekleurd. Bijvoorbeeld: mensen die het met ons eens zijn vinden we aardiger, dan mensen die het niet met ons eens zijn. Zelfonderzoek leidt ons naar deze onwaarheden, die zoals alle onwaarheden angst, trots en eigenzinnigheid (zie hoofdstuk 3.4.) bevatten.
Een algemeen kenmerk van subjectiviteit is, dat we bepaalde tekortkomingen niet bij onszelf, maar die fout wèl bij andere mensen waarnemen. We hebben de neiging onze tekortkomingen op anderen te projecteren. Ons oordeel is gekleurd, want we nemen bij anderen alleen maar die éne uitvergrote zwakheid waar. We zijn dan blind voor de overige volwassen en onvolwassen aspecten van die persoon. We zien de splinter in het oog van broeders en zusters, maar níet de balk in het eigen oog. Wanneer we het vermogen missen de tekortkomingen van anderen zonder boosheid waar te nemen, dan aanvaarden we geen onvolmaaktheid van hen en dus ook niet van onszelf (zie hoofdstuk 4.5.). Dat trotse en strenge en onverdraagzame aspect is emotioneel nog een kind, dat we met behulp van de volgende oefening zachtmoedig onder ogen kunnen zien.
citaat
7.3. Afwijzen en idealiseren: twee tegengestelde vervormde houdingen
Vanuit een dualistische houding hebben we de neiging onszelf door innerlijke tegenstrijdigheden, die als een soort verleiding op de loer liggen, te misleiden. Bijvoorbeeld: het ene moment voelen we ons superieur en het volgende moment minderwaardig. Of we voelen ons de ene keer afhankelijk van de mening van anderen en de andere keer rebelleren we tegen die afhankelijkheid met een trotse houding, dat het ons niets kan schelen wat anderen van ons vinden. De juiste maar moeilijke gouden middenweg kunnen we vinden door in een meditatie onze motieven op waarheid en liefde te onderzoeken.
Uit gebrek aan eigenwaarde nemen we, als zelfverdediging of bescherming, enerzijds de toevlucht tot een afwijzende en veroordelende houding naar mensen bij wie we ons onzeker voelen. Anderzijds idealiseren we mensen waarvan we weten dat ze van ons houden of die we bewonderen. Zowel afwijzing als idealisering zijn dezelfde kinderlijke emotionele reacties die we vroeger naar ouders hadden, omdat het zien van hun onvolmaaktheid ondraaglijk voor ons was. Beide vervormde, subjectieve houdingen – het idealiseren en het afwijzen – zijn twee kanten van dezelfde medaille. Het zijn beide uitingen van onwaarheid en liefdeloosheid.
Als kind kozen we uit zelfbescherming voor twee verschillende afwijzende houdingen wanneer we ontdekten dat de bewonderde ouder tekortkomingen had en niet almachtig was:
- We keerden ons van die ouder af, er ontstonden haatgevoelens en we voelden ons pijnlijk in de steek gelaten. Uit bescherming tegen die pijn weigerden we die ouder liefde te geven en we waren onwetend over de consequenties. Liefde is namelijk ondeelbaar. Op het moment dat we liefde voor iemand terugtrekken, trekken we hem van iedereen terug, ook van onszelf.
- We verborgen deze ontdekking in het onbewuste en voelden ons schuldig, omdat we een tekortkoming in die ouder hadden ontdekt.
Deze vervormde houdingen blijven in de ziel leven, ook al zijn we nu fysiek volwassen. Zij kleuren nog steeds onze huidige houding totdat we die houding herzien en ouders hun tekortkomingen kunnen vergeven.
Het idealiseren van geliefden komt niet uit ware liefde voort, maar uit zelfbescherming en afhankelijkheid. En vanuit angst dat àls we de waarheid zien, we ons gedwongen voelen onze liefde terug te trekken. Er zijn twee redenen voor deze vervormde houding:
- Trots: een geliefde mag geen tekortkomingen hebben die voor ons onacceptabel zijn. Misschien een paar die we aankunnen, maar we hebben geen goed objectief totaalbeeld van hen.
- Onzekerheid: we twijfelen aan onze capaciteiten om lief te hebben en creëren daarom een ideaalbeeld van een partner.
Deze blindheid voor de tekortkomingen van een partner kan een crisis veroorzaken, als we pijnlijk door de waarheid worden wakker geschud. Onbewust zijn we woedend over deze zelfgekozen blindheid. Wanneer we leren om andere mensen objectief te zien, zoals ze werkelijk zijn en ze tóch liefhebben, dan kunnen we een dergelijke crisis voorkomen. En naarmate we een sterker gevoel van eigenwaarde ervaren, zullen we respect en een natuurlijke verdraagzaamheid ontwikkelen. De volgende oefening adviseert ons alle reacties objectief te observeren.
citaat
Het profijt van je onbewuste houdingen te onderzoeken
citaat
7.4. De kosmische krachten denken, willen en voelen
Denken, willen en voelen zijn universele kosmische krachten en het hele universum en dus ook de menselijke ziel zijn van deze krachten doordrongen. Er kan alleen iets gecreëerd worden en tot vervulling komen als deze drie krachten in harmonie samenwerken. Onze houding wordt door deze drie krachten bepaald. Denken en willen zijn actieve mannelijke krachten en voelen is een passieve vrouwelijke kracht.
Het denken in zijn zuivere vorm is wijsheid en de vervormde kracht van denken is trots: een hyperactieve kracht. Willen is in zijn zuivere vorm moed en de vervormde kracht van willen is eigenzinnigheid: eveneens een hyperactieve kracht. Voelen is in zijn zuivere vorm liefde en de vervormde kracht van voelen is angst: een apathische kracht.
Deze drie krachten kunnen we in drie verschillende persoonlijkheidstypen herkennen. Het eerste persoonlijkheidstype bestuurt zijn leven en reacties voornamelijk met het verstand, het tweede type met het gevoel en het derde met de wil. In de meeste mensen zijn twee van de drie typen overheersend, terwijl het derde onderontwikkeld is. Bijvoorbeeld: het vermogen tot denken en willen is hyperactief en de gevoelskant is apathisch of denken en voelen is hyperactief en willen apathisch.
Bijvoorbeeld: We zitten vast in zelfmedelijden, omdat we de oorzaak van de pijn in de buitenwereld leggen. Waar de wil actief zou moeten zijn, is hij krachteloos en stagnerend. Een constructieve houding zou zijn met wilskracht zelfverantwoordelijkheid te nemen en de oorzaak in onszelf te zoeken. Een ander voorbeeld is wanneer we iemand in gedachten afwijzen. In dat geval is de wil gespannen en geforceerd waar hij passief zou moeten zijn. Een constructieve houding zou zijn de betreffende persoon met mededogen te aanvaarden. De wil kan alléén goed functioneren als dienaar en nooit als meester. De wil werkt destructief, als we onze zin willen doordrijven.
tekening
Deze tekening van de triade denken, willen en voelen laat zien, dat bij volledige zuivering de drie universele kosmische krachten in ongeveer gelijke mate aanwezig zijn. Iedere triade vormt een geheel en wanneer alle factoren samenwerken zijn ze in balans. Wordt er van de spirituele wetten afgeweken, dan raken de drie krachten met elkaar in conflict en werken ze elkaar tegen. In de Aquariusmens zijn de krachten denken, willen en voelen in balans en daardoor in hun oorspronkelijke kracht van wijsheid, moed en liefde hersteld.
citaat
7.5. Kenmerken van het verstandstype, het gevoelstype en het wilstype
Als deze drie persoonlijkheidsaspecten in balans en harmonie zijn, dan zijn de krachten in gelijke mate verdeeld. Ze werken volgens de spirituele wet van oorzaak en gevolg, waardoor de krachten elkaar versterken.
Het verstandstype:
- Heeft de neiging uit angst gevoelens en emoties te ontkennen;
- Verminkt zijn intuïtie[1] door wantrouwen;
- Gebruikt zijn wil bedachtzaam en voorzichtig ten dienste van het denkproces;
- Is vaak intellectueel of wetenschappelijk ingesteld;
- Tendeert naar materialisme;
- Heeft moeite met het goddelijke in zichzelf te ervaren;
- Vermijdt levenservaring uit angst en trots;
- Houdt de teugels van het leven te strak uit angst om de controle te verliezen.
Het gevoelstype:
- Is trots op zijn vermogen tot voelen;
- Heeft geen greep op de teugels van het leven;
- Verliest zich in ongecontroleerde en angstige emoties en mist zelfbeheersing;
- Verwaarloost rationele functies als onderscheiden, selecteren en afwegen;
- Gebruikt wilskracht onbewust en chaotisch zonder zelfverantwoordelijkheid;
- Volgt zijn primitieve instincten (zie hoofdstuk 21).
Het wilstype:
- Maakt de wil tot meester in plaats van tot dienaar en is daardoor eigenzinnig;
- Is trots op prestaties en tastbare resultaten;
- Is ongeduldig en blokkeert daarmee zijn wijsheid;
- Onderdrukt uit angst de gevoelskant;
- Profileert zichzelf als sterk, onafhankelijk en onkwetsbaar;
- Is zelfstandig en heeft niemand nodig;
- Ervaart zelden overgave aan gevoelens zonder vooraf de uitkomst te weten.
[1] zie verklarende woordenlijst
citaat
7.6. Je houding ten opzichte van liefde, eros en seks
In ieder mens leeft bewust of onbewust het oerverlangen op fysiek, mentaal, emotioneel en spiritueel niveau met een ander mens te versmelten. Op alle niveaus met een ander versmelten, vereist een volwassen houding ten opzichte van de liefde (emotioneel niveau), eros* (mentaal niveau) en seks (fysiek niveau). Is die houding door angst, trots en eigenzinnigheid vervormd en onvolwassen, dan kunnen deze drie krachten volledig gescheiden optreden of kunnen er twee samen gaan; eros en seks òf eros en liefde òf liefde en seks.
Seksualiteit is de grote universele scheppingskracht, die in de hoogste sferen een vergeestelijkte kracht is en daar spiritueel leven schept. Op de lagere niveaus, waaronder de aarde, schept deze kracht het fysieke voertuig van de mens. Deze scheppingskracht uit zich op het menselijke niveau in de vorm van eros, seks en liefde: onderverdelingen van dezelfde kracht.
De mensheid heeft deze drie krachten met elkaar verward. Als gevolg van het beeld dat seks zondig is, werd de seksuele drift verborgen gehouden en kon zich daardoor onmogelijk naar een volwassen en liefdevol niveau ontwikkelen. Volmaakte liefde kan alleen bestaan als onderstaande drie krachten harmonieus samengaan:
- Echte liefde geeft ons op fysiek, mentaal en emotioneel niveau het grootst mogelijke genot. Het voelt goed om lief te hebben, want we voelen ons op alle niveaus zacht en vervuld. Liefde is een duurzame toestand in de ziel, wanneer er èchte bereidheid is om lief te hebben en er een emotioneel zuivere basis is. De onvolwassen liefde beweegt zich in een relatie tussen enerzijds de ander idealiseren en hunkeren naar nabijheid en anderzijds de ander afwijzen omdat er een gevoel van oververzadiging is ontstaan.
- Seksualiteit is een expressie van bewustzijn die naar eenwording[1] Het seksuele instinct is net zo natuurlijk als alle andere universele krachten. Volwassen seksualiteit is versmolten met de behoefte om liefde en genegenheid te geven en te ontvangen. Pure fysieke seks is echter úiterst egoïstisch en van eros en liefde losgemaakt. Hierbij wordt de ander als instrument gebruikt zònder het doel samen één te worden en te versmelten. Als gevolg van deze ontwikkelingweg tot Aquariusmens zal de seksuele kracht naar volwassenheid groeien en deel van de liefdeskracht worden.
- In een zuivere staat van Zijn, gebaseerd op liefde en waarheid, kan de kracht eros stand houden en genot geven. Eros brengt in een mens impulsen van onzelfzuchtigheid en genegenheid voort. Het is de bereidheid zichzelf te geven en te onthullen; zich aan de ander te laten zien, de ander te ontdekken, zichzelf te laten kennen en ontdekken, het ware zelf van de ander te vinden. Uit onwetendheid herkennen mensen de erotische kracht niet en hebben ze de neiging erotische gevoelens met seksualiteit of liefde te verwarren.
[1] zie verklarende woordenlijst
citaat
7.7. Je onbewust vervormde houding dooft eros
De spirituele betekenis en het doel van eros is leren liefhebben. Deze erotische drijfkracht haalt de mens uit zijn afzondering, waardoor hij boven zichzelf uitstijgt en met het verborgen vurige verlangen naar liefde en eenheid in zijn ziel in contact komt. In bepaalde fasen van dit leven worden we door eros overvallen. Het is een geneesmiddel voor de door angst gekwelde ziel, die onbewust de ervaring van eenheid en versmelting vermijdt.
Er zijn ook mensen die deze angst niet kennen en eros misbruiken, omdat bij hen de bereidheid zuiver lief te hebben ontbreekt. Wanneer de erotische kracht bij de ene partner is uitgewerkt, dan gaan zij naar de volgende partner, want zonder eros wordt de seksuele relatie een sleur en verliest haar aantrekkingskracht.
Pretenties en geheimhouding – als gevolg van angst, trots en eigenzinnigheid – belemmeren de kracht van eros. Alleen als een mens nederig is, ontstaat er bereidheid zichzelf te geven en zichzelf te onthullen en kan eros zich manifesteren. Deze nederige houding creëert zelfvertrouwen en vrede, in tegenstelling tot de pretenties van het masker zelf die tot onnatuurlijk gedrag leiden. De kracht van eros kan alleen worden behouden, als het een oprecht verlangen is om werkelijk te leren liefhebben en de moeite wordt genomen om de ander in al zijn facetten te ontdekken en zichzelf te onthullen.
citaat
7.8. Wederzijdse onthulling van de ziel
Liefde is het uiteindelijke doel. Liefde die door eros en de seksuele impuls wordt ontvlamd, kan gemakkelijker tot bloei komen in liefdesrelaties dan in relaties met vrienden, collega’s of familieleden. Zonder eros en seks is eenheid tussen twee personen moeilijk te bereiken. Wrijvingen en conflicten kunnen onmogelijk zo eenvoudig worden verzacht, als door het bestaan van eros, die een brug naar de liefde vormt.
Wij zijn geneigd te denken dat een onvervulde relatie door de partner wordt veroorzaakt. We negeren het feit, dat onze onbewuste keuze voor deze partner een expressie is van de mate waarin we onbewust tot onthulling en verbinding bereid zijn. We dienen de oorzaak van de onvervulde relatie, van zowel onze bindingsangst als van onze verlatingsangst, in onszelf te zoeken en de mate van onze bereidheid tot onthulling en tot verbinding onder ogen te zien. We zullen opmerken dat op het moment dat we bindingsangst ervaren we de neiging hebben de ander af te wijzen en onszelf te idealiseren en dat wanneer we verlatingsangst ervaren we de neiging hebben de ander te idealiseren en onszelf af te wijzen.
Een vaste relatie of een huwelijk wordt als gelukkig ervaren als het spirituele doel, het voortdurend op zoek zijn naar de ander waarbij steeds nieuwe gezichtspunten worden ontdekt en partners zichzelf volledig aan elkaar onthullen, de hoogste prioriteit heeft. Een relatie, die de vonk van eros levend houdt, zal dan nieuw blijven en er zal nooit angst zijn om de liefde van de partner te verliezen. Maar mensen neigen naar een innerlijk apathisch leven en compenseren dit gevoelsarme leven door hyperactief veel tijd aan uiterlijke activiteiten te besteden. Daarnaast leven we in de illusie dat we de ander helemaal kennen en niets meer te vragen hebben of we hebben geheimen voor elkaar en weigeren alles met elkaar te delen. Deze houdingen doven de vonk van eros en dit betekent het begin van het einde of het sluiten van een compromis met een knagend, onvervuld verlangen. Gewoonte treedt in en we leveren geen inspanning meer om mentaal te versmelten door uit te wisselen en onszelf te onthullen.
Naarmate de jaren verstrijken en het verlangen om de ander te ontdekken en zichzelf te onthullen niet wordt bevredigd, kunnen er zich twee mogelijkheden voordoen:
- Eén van hen of beiden worden bewust of onbewust ontevreden en de relatie wordt verbroken. Men bedriegt zichzelf door te geloven dat het met een nieuwe partner anders en beter zal zijn.
- Beide partners blijven bij elkaar, omdat ze het bezadigde comfort van hun relatie niet willen opgeven, maar een onvervulde behoefte blijft aan hun ziel knagen. Een of beide partners worden ontrouw. Meestal de man omdat hij van nature actiever en avontuurlijker is. De vrouw is meer tot laksheid geneigd en is daardoor vaker tot een compromis bereid.
citaat
7.9. Mijn ervaring: verslaafd aan goedkeuring en afwijzing
De pijnlijke en halfbewuste overtuiging van minderwaardigheid, niet welkom en niet geliefd zijn veroorzaakte onbewust een constante behoefte aan de geruststellende goedkeuring, dat ik de moeite waard was en het recht had te leven. Deze onbewuste dwingende houding lokte natuurlijk regelmatig afwijzing uit en die afwijzing was voor mij weer de bevestiging dat ik gelijk had met de overtuiging niets waard te zijn: een vicieuze cirkel van vervormde houdingen. Ik plaatste de oorzaak van mijn minderwaardigheidsgevoel buiten mezelf. Ik voelde me het slachtoffer van een vijandige wereld, die mij niet de goedkeuring wilde geven waar ik zó wanhopig naar snakte. Hoe goed ik ook mijn best deed en mij uitsloofde om te bewijzen dat ik goed genoeg was, er kwam nooit voldoende goedkeuring om die bodemloze schijnbehoefte te bevredigen en het minderwaardigheidsgevoel weg te nemen.
Geleidelijk aan werd ik mij bewust van een verslaving aan die destructieve houding en zocht ik de oorzaak van de minderwaardigheidsgevoelens in mijzelf. Het heeft lang geduurd voordat ik deze houding leerde aanvaarden en de oorzaak van mijn gehechtheid aan die emotioneel afhankelijke houding begreep. Het beeld van een vijandige wereld bleek een spiegelbeeld van mijn negatief zelfbeeld te zijn. En ik ontdekte dat mijn verdedigende houding juist vijandigheid uitlokte. Uit blindheid had ik niet gezien dat deze afhankelijke houding egoïstisch en emotioneel hebzuchtig was, omdat ik geen oog had voor de behoefte van de ander. Ook zag ik niet dat ik door het najagen van goedkeuring mezelf belangrijker vond dan de ander en op die manier de spirituele wet van broederschap schond.
Toen ik de moed had om deze emotioneel afhankelijke houding objectief waar te nemen zònder mezelf te veroordelen, voelde ik kracht, vrijheid en geduld voor het langzame proces om mezelf van deze verslaving – met behulp van het ware zelf – te bevrijden.
Vrede vinden in jezelf door je onbewuste houdingen te onderzoeken
Op het niveau van je gedrag door ervoor te kiezen zo objectief mogelijk waar te nemen.
Op het niveau van je gedachten door de rol van verstand, gevoel en wil te bestuderen.
Op het niveau van je gevoel door de kracht van eros in dit leven te durven ervaren.
7.10. Vragen (Het cijfer achter de vraag verwijst naar de betreffende paragraaf.)
- Herken je in jezelf het verlangen naar zelfonderzoek en zuivering? Waaraan herken je dat?
- Waaraan herken je hoe de spirituele wet van oorzaak en gevolg jouw innerlijke problemen in uiterlijke problemen manifesteert?
- Wanneer ben jij je ervan bewust dat je onbevooroordeeld en dus objectief bent? Wanneer ben jij je ervan bewust dat je vooringenomen en dus subjectief bent?
- Beschrijf een aantal voorbeelden van projecties.
- Welke mensen wijs je af en welke mensen idealiseer jij? Voel je hoe je mensen die je afwijst of idealiseert jouw liefde onthoudt? Hoe onthoudt je hen jouw liefde?(7.3.)
- Hoe was je houding ten opzichte van je ouders in relatie tot hun onvolmaaktheden? Hoe was of is je houding ten opzichte van je partner, vrienden, collega’s, kind(eren) in relatie tot hun onvolmaaktheden? Zie je hoe je de relatie met je ouders herhaalt?
- Welke aspecten van jezelf idealiseer je en welke aspecten wijs je af?
- Welke persoonlijkheidstypen herken je in jezelf? Welk type herken je niet?(7.5.)
- Wanneer ervaar je dat verstand, wil en gevoel samenwerken en wanneer verzwakken ze elkaar?
- Hoe is je houding ten opzichte van liefde, eros en seksualiteit?(7.6.)
- Herken je de werking van eros in je leven? In welke situaties ben je erdoor beïnvloed?
- Hoe groot is jouw bereidheid tot onthulling en tot het ontdekken van de ander?(7.8.)
- Heb je ervaring met onvervulde relaties? Wat was jouw rol daarin?
- Wanneer herken je in jezelf angst voor liefde en levenservaring?
- Herken je mijn ervaring over de verslaving aan goedkeuring en afwijzing? Hoe uit zich deze verslaving aan emotionele afhankelijkheid bij jou? Hoe saboteert deze verslaving jouw relatie(s)?
citaat