N2024
Nederlandse Padwerk citaten 2024
Week 1: Lezing 74: “Onderzoek wat je belangrijkste problemen in je leven zijn. Beschrijf ze beknopt en in heldere woorden met welk deel van je leven ze te maken hebben. Kijk waar precies je problemen hebt, hetzij zichtbare problemen of innerlijke gevoelens van onrust en disharmonie. Bekijk dan wat echt je motieven zijn.”
Week 2: Lezing 120: “Zoals het individu leert zijn destructieve, kinderlijke neigingen op te lossen door zijn rede, zijn begripsvermogen, zo zal de mensheid dat ook doen. Daarom staat de mensheid nu op de drempel van een grotere volwassenheid en bevindt zich daarom in een crisis. Denk je dat de wereld waarin je leeft, oorlogen, misdaad, honger en allerlei andere problemen zou kennen, als het organisme van de mensheid niet net zo gespleten was en net zozeer voor een deel vanuit onbewust onjuiste veronderstellingen te werk ging als jij als individu dat doet?”
Week 3: Lezing 73: ”Hoe waar en begrijpelijk de pijn van nu ook is, het is toch dezelfde kindpijn. Je zult zien hoe je er zelf aan bijdroeg de pijn van nu op te roepen vanwege je verlangen de kindpijn recht te zetten. Maar eerst hoef je alleen maar de overeenkomst van de pijn te voelen.”
Week 4: Lezing 245A: “Als jij je vreugdevol en innerlijk tevreden voelt, volg je volledig je bestemming, je pad zoals je dat dient te doen en waartoe je ook in staat bent. Ouderdom – en de gemoedsgesteldheid die daarmee gepaard gaat – is een soortgelijke indicatie. Ouderen die innerlijke rust, vreugde en een diep gevoel van zichzelf vervuld hebben ervaren, hebben dat dan ook werkelijk gedaan.”
Week 5: Lezing 169: “Geen obstakel kan worden verwijderd, geen ongeluksgevoel weggenomen tenzij je de activerende kracht gebruikt. Het is noodzakelijk dat je gaat staan en je mogelijkheden en je recht om een gelukkig mens te worden claimt. Evenmin moet je bang zijn voor de inspanning die nodig is om de oorzaak van je ongeluk in jezelf op te sporen.”
Week 6: Lezing 201: “Het nieuwe denkproces zou kunnen zijn: ‘Ik wil niet in deze toestand blijven. Er zijn krachten in mij die het me mogelijk maken te veranderen en me goed en veilig te voelen bij die verandering. Ik verdien het. Deze verandering is mijn geboorterecht.”
Week 7: Lezing 130: “Laat ik je verzekeren, dat geboren worden een oneindig groter trauma is dan sterven. Toch bestaat er een eigenaardig massabeeld over het angstaanjagende element van sterven. Dit massabeeld is diep verankerd in alle zielen die steeds weer naar deze aardse sfeer komen.”
Week 8: Lezing 49: “Emotionele volwassenheid kent geen egoïsme (natuurlijk is dit op aarde betrekkelijk, het kan in jullie bestaanssfeer nog niet absoluut zijn). Hoe egoïstischer je bent, hoe onvolwassener je bent.”
Week 9: Lezing 189: “Wat een waardigheid geeft het jou als je bedenkt dat je een belangrijke taak in het belang van de evolutie op je neemt. Deze waardigheid is veel belangrijker dan het tijdelijke lijden dat voortkomt uit het niet weten wie je bent.”
Week 10: Lezing 220: “De stem van Gods heeft altijd tegen je gesproken en zal dat altijd blijven doen, altijd op een nieuwe manier, altijd op een manier die past bij wat je het meeste nodig hebt op een bepaald moment in je leven.”
Week 11: Lezing 37: “Alle misverstanden en alle gekwetstheden zijn slechts denkbeeldig. Ze zijn bijverschijnselen van deze aardse sfeer, waarin je tenminste voor een deel in duisternis leeft. Je denkt zo vaak dat je reden hebt om gekwetst te zijn, maar dat heb je niet!”
Week 12: Lezing 107: “Het is veel gemakkelijker om op te komen voor je rechten en wensen als je liefhebt, of ze nu terecht zijn of onterecht, egoïstisch of niet. Wanneer je niet liefhebt, is dit opkomen voor jezelf erg moeilijk omdat ofwel een knagende schuld je verlamt ofwel omdat, als je erin slaagt je bezwaren te uiten, ze er op een kwetsende manier uit zullen komen. Als je liefhebt, kun je niemand pijn doen met ‘nee’ te zeggen.”
Week 13: Lezing QA 222: “Ik zeg ja tegen de schoonheid, de overvloed, de liefde en vervulling op alle niveaus van het universum. Ik verdien het; ik kan het realiseren. Ik wil alles van mezelf en het beste van mezelf aan het leven geven en in dit streven wil ik door mijn innerlijke God geleid worden. En ontvankelijk reik ik uit naar alles dat rondom en in mij is. Als een gelukkig vervuld mens, kan ik een instrument van God zijn en uitsluitend als zodanig aan anderen geven en ze helpen. Ik heb mijn problemen niet nodig. Ik heb mijn schuldgevoel niet nodig. Ik heb mijn nee niet nodig. Ik zeg ja”
Week 14: Lezing 248: “Toen de Christus God als mens manifesteerde en zo tegelijk goddelijk en menselijk was, verrichtte hij de grootst denkbare prestatie. Hij bewees dat het mogelijk is trouw te blijven aan God, trouw aan de waarheid, zonder te bezwijken voor de sterkste invloeden die de personificatie van het kwaad op hem los kon laten. Door deze enorme daad van standvastigheid opende de mens die God was en de God die mens was, de deuren in de zielen van alle schepselen.”
Week 15: Lezing 254: “Je hebt geen flauw benul van de kracht van je eigen ziel. Die onderschat je voortdurend en je gelooft dat je veel zwakker en hulpelozer bent dan in werkelijkheid waar is. Aangezien je zult ervaren wat je gelooft, is het moeilijk om te ontdekken hoe sterk je echt bent. Je kunt alles scheppen, want je hebt alle goddelijke scheppingskrachten tot je beschikking. En je doet ook niet anders.”
Week 16: Lezing 226: “Jij bent de bron. Zelfs je huidige persoonlijkheid, je denken, je voelen, je wezen, je ervaringen, je vermogen te willen en te beslissen, dit alles ís de bron. Niet-leven kan niets van dit alles doen. Ook al zal veel van je persoonlijkheid zich wijzigen, veranderen en verruimen, alles waarvan je weet en voelt dat je het zelf bent, ís de bron en geen manifestatie. Daarin ligt de verwarring, die de angst voor het niet-zijn schept.”
Week 17: Lezing 193: “Je moet zien op welke gebieden je tijdelijk de beperkingen van de wil moet aanvaarden en de dwingende stroom van een hyperactieve wil moet loslaten. Herstel van de stromingen van de wil kan niet door de uiterlijke wil worden gedaan. Als dat herkend wordt en de druk van de uiterlijke wil kalmeert, kan de innerlijke wil naar buiten komen en zijn werk gaan doen.”
Week 18: Lezing 240: “Zonder de wil om naar liefde te bewegen, is het onmogelijk om de emotie liefde te voelen. Als je niet wilt liefhebben, als je niet doelbewust het verlangen uit om lief te hebben, als je niet de intentie hebt om lief te hebben, zúl je niet liefhebben.”
Week 19: Lezing 233: “Dring nu diep door in je woorden. Observeer de oppervlakkige woorden, observeer de onware woorden en overweeg in welk opzicht ze onwaar zijn. En vat dan de moed om het woord van waarheid uit te spreken. Zoals bijvoorbeeld: ‘Ik ben God. Ik ben het beste waard. Ik kan het beste geven. Ik wil het beste geven. Ik wil God toestaan via mij te geven in oprechtheid, in kracht, in waarheid, in wijsheid en in schoonheid”.
Week 20: Lezing 235: “Het pad is een spiraalbeweging. Elke ronde van de spiraal is een nieuwe laag en bij het betreden van iedere ronde moet er een nieuwe en diepere verbintenis worden gemaakt. De cirkels zijn niet gesloten, ze hebben openingen. Als je zo’n nieuwe opening ontdekt, dien je op een nog dieper niveau een nieuwe verbintenis te maken: om los te laten en om God te laten, om alles van jezelf aan de waarheid te geven, om de waarheid van Zijn, om je niet langer voor je waarheid te verbergen.”
Week 21: Lezing 108: “Het gevoel niet te kunnen liefhebben geldt misschien maar voor bepaalde gebieden in je leven, niet voor alle relaties. Wanneer je dit onderzoekt kom je achter de echte schuld, die zowel onterechte schuldgevoelens veroorzaakt als het perfectionisme.”
Week 22: Lezing 229B: “Als je nu in je geest, in gedachten, met je commitment en je intenties besluit om de waarheid en de liefde van God in iedere afzonderlijke situatie te uiten, dan zul je op bewust niveau God openbaren en zul je altijd weten wat je moet doen. Dan ben je de New Age mens.”
Week 23: Lezing 102: “Gezonde woede zal je nooit gespannen, schuldig of ongemakkelijk doen voelen. Het dwingt je niet om jezelf te rechtvaardigen. Gezonde woede zal je nooit verzwakken. Ieder gezond gevoel geeft je juist kracht en vrijheid, zelfs als het gevoel er negatief uit lijkt te zien.”
Week 24: Lezing 213: “Waar jij je rijk voelt, zul je altijd rijk zijn, omdat je ook een gevende en eerlijke houding moet hebben. Maar waar jij je arm voelt, zul je arm blijven totdat je innerlijke rijkdom schept door te geven en eerlijk te zijn.”
Week 25: Lezing 77: “De eerste vereiste om de dwingende stroom op te geven is de aanwezigheid ervan voelen. Onderzoek het gewoon. En stel jezelf dan duidelijke vragen ‘wat wil ik?’ en ‘waarom?’. Een duidelijk en juist antwoord op deze vragen is van het grootste belang. Wat wil je nu heel precies op elk moment en waarom? Bovendien, waarom lijkt de verwezenlijking zo belangrijk?”
Week 26: Lezing 167: “Wanneer je jouw angst om te bewegen ontdekt, je afkeer ervan of je weerstand ertegen – lichamelijk zowel als geestelijk en emotioneel – dan heb je de oorzaak ontdekt van het leven in een bewustzijnssfeer waarin dood onvermijdelijk is. Je verhaast de dood in de mate waarin je beweging op alle niveaus van je wezen weigert.”
Week 27: Lezing 190: “Door je angst eerlijk toe te geven ben je meer in contact met jezelf dan als je de angst ontkent. Door de reden van je angst te toetsen, zul je merken dat de ware reden achter de angst vaak schaamte met de bijbehorende trots is. Ontkende trots en schaamte schept vaak angst.”
Week 28: Lezing 20: “Iemand die zich op het pad bevindt en in een bepaalde mate geestelijke kennis en besef verkregen heeft, zal oorzaak en gevolg in zijn eigen leven begrijpen. Iemand die zich niet op het pad bevindt, zal het hoe dan ook niet begrijpen en daarom doet het er niet toe of de gevolgen in dit of in een volgend leven merkbaar worden, omdat de oorzaak toch niet opgespoord wordt, zoals iemand op het pad dat wel leert te doen.”
Week 29: Lezing 213: “Degene die ogenschijnlijk dominant is, zal het moeilijk vinden om met de innerlijke hopeloosheid om te gaan. Degene die ogenschijnlijk negatief, afhankelijk, zwak en onderdanig is, zal het moeilijk vinden om met zijn verborgen dominante, manipulatieve eigenschappen om te gaan. Ze zijn uiteraard twee kanten van dezelfde medaille.”
Week 30: Lezing 118: “Wanneer we de aardse sfeer en de mensheid vanuit ons oogpunt bekijken, is het inderdaad droevig te zien dat mensen zo zelden echt op de werkelijkheid reageren. Dat is de verwarring en chaos die de mensheid zoveel onnodig lijden bezorgt. Als je de persoon echt zelf zou waarnemen en erop reageren, op de werkelijke situatie, dan zou er heel wat pijn vermeden worden.”
Week 31: Lezing 153: “Net zoals het lichaam altijd gunstig reageert wanneer het goed behandeld wordt, zo ook het niveau waar gevoelens en intuïtie condities en levenservaringen scheppen. Wanneer de zelfregulerende natuur is ervaren dan integreren de onwillekeurige processen met de ego functies. Dan kan het leven echt rijk en vervullend zijn. Dan is er een nieuwe vrijheid om te ontvangen wat vanuit jezelf komt. Men leeft vanuit zichzelf. Dat is zelfrealisatie.”
Week 32: Lezing 114: ”Als je ermee ophoudt tegen de angst te vechten, als je kunt zeggen: “Ik, een mens zoals zo velen, ben nu bang”, ga je nu met de golf mee, en ga je op de golf omhoog en word je niet door de golf van de angst overspoeld. Heel vaak ligt in de eerste laag onder de angst een sterke vijandigheid, die zeer taboe is.”
Week 33: Lezing 33: “Iets waarvan je vaak denkt dat het wreed is, is het meest weldadige in de wereld. Want als de karmische wet niet op zo’n manier zou werken dat je eigen uitvluchten je uiteindelijk in zo’n situatie terecht doen komen, dat je die niet langer kunt ontwijken, zou je nooit uit de vicieuze cirkel kunnen komen. De karmische wet is dus de meest barmhartige die er is”
Week 34: Lezing 69: “Je leert hoe je naar anderen het royale innerlijke gebaar kunt maken hen niet alleen vrij te laten om fout te zitten of het niet met je eens te zijn of zwakheden te tonen die je misschien afkeurt, maar ook om niet van je te houden.”
Week 35: Lezing 71: “Hoe je leeft in de betrekkelijke werkelijkheid, die voor jou als geïncarneerd menselijk wezen toegankelijk is, hangt af van de mate waarin je zowel mentaal als emotioneel volwassen bent. Je volwassenheid hangt weer af van je vermogen en je bereidheid om lief te hebben. Naarmate iemand bang is voor liefde, niet bereid en dus ook niet in staat is om lief te hebben, naar die mate leeft hij in onwerkelijkheid of in illusie.”
Week 36: Lezing 21: “Waarom is het nodig om zelfkennis te hebben, wat zijn de voordelen, wat zijn de lasten van het verwerven, wat zijn de nadelen wanneer je die zelfkennis niet hebt? Je kunt jezelf niet zonder zelfkennis ontwikkelen. Deze zelfkennis is het enige dat werkelijk telt, het enige.”
Week 37: Lezing 33: “Hoe rustiger je blijft onder de fouten van anderen, des te meer heb je jezelf geaccepteerd zoals je bent. Dan heb je een gezonde basis in je ziel, hoeveel onvolmaakts er ook nog in je moge zijn. Maar hoe harder je innerlijk vecht tegen anderen zoals die nu zijn, des te heftiger weiger je jezelf te accepteren.”
Week 38: Lezing 13: “Alles moet op jouw manier gebeuren, zodat jij je gelukkig, tevreden en veilig kunt voelen. Maar als dat niet gebeurt, voel jij je verloren en in de greep van krachten in je die je niet kunt beheersen. Je wordt door die krachten beheerst en je verliest je sereniteit, of wat je dacht dat je sereniteit was toen alles naar je zin ging. Terwijl onthecht zijn, betekent dat je onafhankelijk bent.”
Week 39: Lezing 124: “Stel jezelf deze vragen: l) Wat is het doel wat ik nu wil? Waar ben ik ontevreden over? Wat zou ik graag anders willen? 2) Hoe graag wil ik dat? 3) In hoeverre is er iets in me dat het niet wil, of er bang voor is, of er om een of andere reden ‘nee’ tegen zegt? 4) Als deze nee-stroom ten aanzien van juist datgene bestaat waarnaar ik verlang, moet hij ook in het padwerk zelf bestaan. Hoe uit hij zich daar? 5) Hoe kan ik de verschillende verschijningsvormen van de nee-stroom in mijn dagelijks leven ontdekken?”
Week 40: Lezing 234: “Door nederig je beperkingen en je onvolmaakte staat te accepteren, door er creatief, opbouwend en op specifieke punten naar te kijken, zodat je ze gaat begrijpen en verbanden gaat zien, breng je de Goddelijkheid binnen in jou al tot uitdrukking.”
Week 41: Lezing 26: “Jezus zei: ‘de zachtmoedigen zullen het aardrijk erven’. Met de zachtmoedige wordt bedoeld hij die geen haat, geen wrok, geen eigenzinnigheid voelt, die niet bang is omdat hij al deze kenmerken mist. Hij zal dan in staat zijn om te begrijpen, om lief te hebben en nederig genoeg te zijn om niet de hele tijd te hoeven bewijzen dat hij gelijk heeft.”
Week 42: Lezing 145: “Vraag jezelf eerlijk af: wil ik de roep van het leven wel verstaan? Wat verlangt het van mij? En reageer ik er met hart en ziel op?”
Week 43: Lezing 116: “Bevraag jezelf, niet over de feitelijke aard van je lagere zelf of wat je als zodanig beschouwt, maar begin liever met te kijken naar je houding ten opzichte van het bestaan ervan. Ben je geschokt bij het zien van bepaalde uitingen? Heb je daarom geen geduld met jezelf? Heb je het gevoel dat het eigenlijk al verdwenen had moeten zijn waardoor jij je menselijkheid afwijst?”
Week 44: Lezing 16: “Wilskracht komt van het hogere zelf. Het zal een pure stroom van licht en zuivere kracht blijven zolang ze gebruikt wordt voor een spiritueel doel, voor spirituele groei, voor God, met God en in God.”
Week 45: Lezing 97: “Je kunt anderen niet blij maken wanneer je geen vreugde in jezelf hebt gevonden. Maar hoe kun je die vreugde vinden in de onvolmaakte wereld waarin je als mens leeft? Bewust of onbewust verbindt de mens een vreugdevol leven altijd met een volmaakt leven.”
Week 46: Lezing 21: “Aanvaard je tijdelijke werkelijkheid om twee redenen: (1) Je dient rustig en onbekommerd te zijn over wat je bent, alvorens je jezelf kunt veranderen; en daarvoor is een nieuwe gewoonte nodig, namelijk zonder verkeerde motieven en voorwendsels en blindheid jezelf een tijdje duidelijk zien. (2) Dit zal je ook de noodzakelijke nederigheid leren, wat een belangrijke vereiste voor geestelijke ontwikkeling en werkelijke onthechting is.”
Week 47: Lezing 103: “Zowel sadisme als masochisme – alleen maar twee verschillende kanten van dezelfde medaille, zoals je weet – worden niet door één maar door vele facetten van de menselijke ziel bepaald en voortgebracht.”
Week 48: Lezing 23: “Bij vrijwel ieder mens speelt zich van binnen wel een oorlog af. Een oorlog die tot nu toe nog niet herkend wordt; waarbij het ene deel van het onbewuste deze kant op wil en het andere die kant. En je bewustzijn weet van niets. Je niet-herkende haat, je niet-herkende zelfzucht en je niet-herkend gebrek aan liefde enz. veroorzaakt oorlog op aarde!“