Ik kreeg de inspiratie om het lagere zelf met een slapende hand te vergelijken. Je weet wel, als je ’s morgens wakker wordt en je hebt per ongeluk op je hand gelegen, dan slaapt je hand. Er is geen gevoel in en je kunt die hand niet bewegen. Het lijkt wel of die hand niet meer bij het lichaam hoort en ervan afgescheiden is.
Precies zo is het met het lagere zelf; dat is negatief bewustzijn dat slaapt. Het lijkt afgescheiden van het ware zelf en er is stagnatie. Net zoals de bloedtoevoer in de slapende hand is gestopt, zo is in het lagere zelf de levenskracht gestagneerd. Om de bloedtoevoer in de slapende hand weer op gang te brengen, moet je aandacht aan die hand geven. Je moet bewegen en wrijven en als de bloedtoevoer dan weer op gang komt, dan is dat even pijnlijk. Het prikt en het tintelt maar uiteindelijk lukt het en voelt de hand weer onderdeel van het lichaam.
Met het lagere zelf is het precies zo. Om de gestagneerde levenskracht weer op gang te brengen, moet er aandacht naar het lagere zelf, moet het in beweging worden gebracht en dat is pijnlijk. Maar uiteindelijk lukt het om de levenskracht weer op gang te brengen en is het gevoel van afgescheidenheid verdwenen en de verbinding met het ware zelf hersteld.